Over mensen en zolders

Geschreven in opdracht van Craanen Communicatie Malden voor decembernummer TOPIC, regiomagazine Heumen en Mook-Middelaar

Fiets- en hobbyzolder cq privémuseum

“Fietsen is mijn lust en mijn leven. Ik fiets iedere dag.”

Voor een tochtje van 100 kilometer draait Henny van Duren (77 jaar) uit Mook zijn hand niet om.

“Kijk, dit is mijn sportfiets, die heb ik nog niet zo lang, die is voor mooie ritten. Mijn mountainbike gebruik ik voor ’t bos en met deze, een damesfiets met fietstassen, haal ik de boodschappen bij Wim Voet. Mijn racefiets staat momenteel op zolder, op de rollerbank. Vroeger had ik er nog meer. Een stuk of zeven. Mijn liefde voor de fiets is begonnen in 1959. Na mijn diensttijd ging ik werken bij garage Poelen in Mook, als onderhoudsmonteur. Die verkochten toentertijd ook fietsen en zij deden ook het onderhoud daarvan. Ik dus! Fietsen maken vond ik mooi om te doen.” Dat vindt Henny nog steeds. Hij heeft er alle gereedschap voor. “Fietsenmaker voor eigen gebruik en familie.”

Rond zijn veertigste is fietsen zijn grote hobby geworden. Iedere dag met de fiets erop uit. “Lange ritten. Lekker hard!” Lachend zegt Hij: “Nog steeds wil ik mensen die op een e-bike rijden inhalen.” Na zijn hartaanval zei de dokter: “Je mag alles doen waar je zin in hebt!” Dat liet hij zich geen twee keer zeggen! Hup, lekker weer op de fiets. “Als het gebeuren moet gebeurt het! Wij genieten van het leven.” Mientje, zijn vrouw (75) is het daar helemaal mee eens! Maar er zijn dagen dat het weer niet meezit, wat moet je dan? Naar zolder! Fietsen op de rollerbank of op de hometrainer. Mientje doet dat ook graag. Henny en Mientje zijn op 10 oktober jl. verhuisd naar de Schansweg. Het eerste wat in orde werd gemaakt was hun nieuwe fietszolder/hobbyruimte c.q. privémuseum. “Kom maar eens mee kijken.” Schuin dak aan twee kanten. Aan een kant een groot dakraam. Dat zit te hoog om er, vanaf de fietsen, door naar buiten te kijken. Maar vanaf de fietsen wel een mooi uitzicht op de eiken kast met sportartikelen, curiosa en herinneringen uit hun jonge jaren. “Dit is helemaal de zolder van Henny,” zegt Mientje. “Hij onderhoudt hier alles zelf. Hij komt hier elke dag!”  

“Mijn zolder is een heerlijke plek!”

Twee trappen op. “Voor deze zolder er was… Het duurde ruim vijf jaar voor we van het toenmalig gemeentebestuur toestemming kregen om te mogen bouwen. Twintig jaar geleden? Misschien wel vijfentwintig jaar. Jaartallen en leeftijden zeggen mij niets, het gaat om nu.”

De zolder van Wilma Verheijen uit Mook is prachtig. Ruim. Gezellig ingericht. Grote houten tafel, op maat gemaakt. Bijna drie meter lang! Op de dag van ons gesprek schijnt zonnig zonlicht door de ramen aan de zuidkant naar binnen. ”Kijk, zie je? Rechts, de kerktoren. Mooi hè. Hier tegenover, de Poort van Limburg. Ja, de Poort is dicht. Een verlies voor Mook. Henk, (haar man) en ik hebben er altijd met plezier gewerkt. Wat ik daar deed? Alles! Van koken tot wat er verder allemaal voorhanden kwam. Ik heb alle horecapapieren.” Lachend zegt ze: “Als er op deze zolder een horecavergunning zou zijn, kan ik hier zo een restaurant beginnen!” Aan de voorzijde, de noordkant, uitzicht op winkelcentrum KoMook.De zolder werd speciaal voor Wilma gebouwd. Een zolder, waar ze kon schilderen en alle ruimte had voor haar andere hobby en business, sieraden maken.

Vanwege artrose in haar handen heeft ze schilderen en sierraden maken, breien en borduren, een paar jaar geleden vaarwel moeten zeggen, maar dat betekent niet, dat de zolder nu niet meer wordt gebruikt. “Voor zoveel dingen!” Wilma is een doorzetter. Zij is op weg naar zeventig en staat midden in het leven. Met veel plezier werkt ze, nu al weer vier jaar, als verzorgende bij verpleeghuis Waterrijk in Nijmegen. Een kleinschalige woonvorm voor mensen met dementie. Daarnaast volgt ze de opleiding Verzorgende Individuele Gezondheidszorg niveau 3.“Nee, ik denk niet aan stoppen met werken en ik wil dit diploma halen.” Wilma vindt het belangrijk om zich te blijven ontwikkelen. Haar zolder is nu haar studeerruimte. Ieder dag is ze er te vinden, nu (weer) met de neus in de boeken. “Nee, ik hoef niet op de foto. Maar, maak gerust een foto van de zolder. Van de buitenkant.”

Zo energiek! Ik teken ervoor. GvdL. 

Vier zolders! 

“Kijk zelf maar,” zegt Esseline Dorrestijn, zij is, sinds 1-1-2001, de eigenaar van restaurant de Plasmolense Hof in Plasmolen, “Loop gerust rond. De zolders boven het restaurant vertellen hun eigen verhaal.” Dat doen ze! Houten trap op. Dan, op die zolderverdieping, halverwege, met een trap naar een lager gedeelte of met een laddertrap nog hoger. Een labyrint. Maar liefs vier zolders zijn er! Ieder met een eigen bestemming. Een zolder waar tafellakens drogen. Lijnen vol! Vanuit het dakraam prachtig uitzicht op de Jansberg. Aan het einde van deze zolder, links, trapje naar beneden. Daar staan, keurig in het gelid, de restaurantstoelen van het eerste uur. Eiken met een biezen zitting. “Voor als ze weer in de mode komen.” Nog een trap op! Nog meer ruimte. Deze zolder lijkt wel een winkeltje! Kerstspullen te kust en te keur. Mooi jaren vijftig kastje. Ook een raampje. Hier een kijkje op de Rijksweg.

Een van de zolders heeft een rechte wand. Die hangt vol met schilderijen en antieke Delftsblauwe wandborden. Eronder een plank met een lange rij agenda’s. Ik vind er een van 1965! Gerry van Elsen, de vorige eigenaar van het restaurant heeft er, met mooi zwierig handschrift, in geschreven. Op 28 november van dat jaar staat: Diner, zeventig personen. Drie gangen. 9 gulden per persoon. Wijn, 1 gulden per glas, pils, 0,55 cent. Op een andere plank stapels aardewerk serviesgoed, begin jaren zeventig van de vorige eeuw gebakken door wijlen Henk Jacobs van Potterie de Champignon uit Gennep. De motieven die zijn gebruikt zijn gelijk aan de motieven van de lampen die nu nog steeds in het restaurant hangen. “Van de lampen kan en wil ik geen afscheid nemen,” vertelt Esseline. “Dat is zo’n mooi streekproduct! Het serviesgoed had van mij ook nog jarenlang gebruikt mogen worden, maar het is niet praktisch en erg kwetsbaar. Bij stoten springen er snel stukjes af. Andere tijd vroeg om ander servies. Maar dat aardewerk servies wegdoen was natuurlijk geen optie!” Een gedeelte van dat servies staat nu als decoratie in het café-restaurant. En als de tijden weer veranderen gaat ook dat decoratieservies weer naar zolder. Daar is plaats genoeg!

Share Button

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *